Een voormalige medewerker van een grote bouwonderneming had gedurende meer dan 25 jaren pensioen opgebouwd. Hij ontdekte echter tot zijn ontsteltenis dat sprake was van een pensioengat in de opbouw ervan. De contante waarde waarmee de bijstorting van dit pensioengat diende te worden bijgefinancierd bedroeg ruim € 150.000,-.
Bij nader onderzoek bleek zijn werkgever halverwege het dienstverband de pensioenregeling eenzijdig te hebben gewijzigd. Meestal is een eenzijdige wijziging van arbeidsvoorwaarden, waarmee een werknemer niet heeft ingestemd, niet rechtsgeldig. Dan mag de werknemer een beroep blijven doen op de oorspronkelijke arbeidsvoorwaarden.
Omdat de werkgever ondanks ons aandringen weigerde dit pensioengat aan te vullen, hebben we deze werkgever gedagvaard voor de Kantonrechter. De Kantonrechter heeft de vordering van deze medewerker alsnog toegewezen. De Kantonrechter bevestigde dat de werkgever destijds niet zonder instemming van de werknemer tot eenzijdige verslechtering van de pensioenregeling had mogen overgaan.
Voor de werknemer betekende deze uitspraak dat hij met terugwerkende kracht vanaf de datum van zijn pensioen aanspraak kreeg op een pensioen van enkele honderden euro's meer per maand.