Opgebouwd krediet
De medewerkster werkt sinds 25 jaar bij een plaatselijke supermarkt, waarvan de laatste jaren als verkoopmedewerker op de slijterijafdeling. Tijdens een reorganisatie waarmee enkele personeelsleden om bedrijfseconomische redenen moeten afvloeien, wordt zij onverwacht op staande voet ontslagen. Na controle van het elektronische spaarpuntensysteem stelt de werkgever vast dat de verkoopmedewerkster zich spaarpunten heeft toegeëigend van klanten die tegenover haar aangaven dat zij die niet zelf wilden hebben. Alhoewel de verkoopmedewerkster zich van geen kwaad bewust is geweest, is de supermarkt van oordeel dat de verkoopmedewerkster hiermee zich ten onrechte had verrijkt.
De verkoopmedewerkster schakelt mij als haar advocaat in. In overleg met haar dagvaard ik haar werkgever in kort geding. Daarbij vorder ik loondoorbetaling en hervatting van de werkzaamheden op straffe van een dwangsom. De Kantonrechter oordeelt dat de verkoopmedewerkster weliswaar een ernstige fout heeft gemaakt, maar gaat met ons betoog mee dat de bijkomende omstandigheden dat in dit geval anders maken. De Kantonrechter: "De medewerkster is echter al meer dan 25 jaar bij de supermarkt (en eventuele rechtsvoorgangers) in dienst; zij stelt dat zij bij allerlei controles steeds als onberispelijk uit de bus is gekomen en de supermarkt heeft ook van geen enkele ongerechtigheid in die langdurige periode melding gemaakt. Dat de supermarkt haar handelwijze streng afkeurt is begrijpelijk en redelijk; maar bij een dienstverband van deze lengte en een staat van dienst als deze verkoopmedewerkster heeft, gaat toepassing van het zwaarste middel van ontslag op staande voet toch te ver. Het is dus aannemelijk dat het ontslag op staande voet het in de bodemprocedure niet zal halen. Uit één en ander volgt dat de dienstbetrekking in stand gebleven is. Het salaris moet dus worden doorbetaald." Daarnaast weigert de Kantonrechter om te voldoen aan het verzoek van de werkgever om de arbeidsovereenkomst te ontbinden.